Dagelijkse Lezingen

woensdag 8 oktober 2025

Kies een vertaling om de volledige lezingen te bekijken

Eerste Lezing

Jona 4:1-11

Petrus Canisius Vertaling

1Maar juist hierover was Jonas zeer ontstemd en vertoornd.

2Hij bad tot Jahweh, en sprak: Ach, Jahweh; heb ik het niet gezegd, toen ik nog in mijn land vertoefde, en ben ik juist daarom niet ijlings naar Tarsjisj gevlucht? Ik

3Ontneem mij nu ook maar het leven; want de dood is mij liever dan het leven.

4Maar Jahweh zei hem: Hebt ge wel reden genoeg, om zo verdrietig te zijn?

5Daarop verliet Jonas de stad, en nam zijn verblijf aan de oostkant der stad; daar maakte hij zich een loofhut, en zette zich in haar schaduw neer, om af te wachten, wat er met de stad zou gebeuren.

6Nu liet God de Heer een klimop boven Jonas opschieten, om schaduw te geven voor zijn hoofd, en hem zó van zijn kwade luim te genezen. En Jonas was inderdaad uiterst verheugd over de klimop.

7Maar de volgende dag liet God in de vroege morgen een worm knagen aan de klimop, zodat hij verdorde;

8en toen de zon was opgegaan, deed Hij een verzengende oostenwind waaien. Nu brandde de zon op Jonas’ hoofd, en versmachtend zonk hij neer. Hij wenste te sterven, en sprak:

9Maar God zei tot Jonas: Hebt ge wel reden genoeg, om zo verdrietig te zijn over de klimop? Hij antwoordde: Ja ik heb reden genoeg, om dodelijk misnoegd te zijn.

10Nu sprak Jahweh: Gij zijt bekommerd over de klimop, waarvoor ge geen zorg hebt gehad, en die ge niet hebt gekweekt; die in één nacht is opgeschoten, en in één nacht verdord.

11En Ik zou niet bekommerd zijn over Ninive, die grote stad, waarin, behalve de vele dieren, meer dan honderd twintig duizend mensen wonen, die het onderscheid niet kennen tussen hun rechter- en linkerhand!

Bekijk in andere vertalingen →

Psalm

Psalmen 86:3-10

Petrus Canisius Vertaling

3Ontferm U mijner, o Heer; Want ik roep tot U de ganse dag.

4Stort vreugde in de ziel van uw dienaar, Want tot U verhef ik mijn geest, o mijn Heer;

5Want Gij, o Heer, zijt goed en barmhartig, Rijk aan genade voor al wie U aanroept.

6Jahweh, hoor mijn gebed, zie neer op mijn smeken;

9Alle volkeren, die Gij hebt geschapen, o Heer, Moeten U komen aanbidden en uw Naam verheerlijken!

10Want Gij zijt groot, Gij doet wonderen; Waarachtig, Gij alleen zijt God!

Bekijk in andere vertalingen →

Evangelie

Lukas 11:1-4

Petrus Canisius Vertaling

1Eens was Hij ergens aan het bidden. Toen Hij ophield, sprak een zijner leerlingen tot Hem: Heer, leer ons bidden, zoals ook Johannes het zijn leerlingen heeft geleerd.

2Hij sprak tot hen: Zegt, wanneer gij bidt: Vader, uw naam worde geheiligd; uw rijk kome.

3Geef ons elke dag ons dagelijks brood.

4En vergeef ons onze zonden; want ook wij vergeven aan allen hun schuld. En leid ons niet in bekoring.

Bekijk in andere vertalingen →

Snelle Acties