Dagelijkse Lezingen

dinsdag 12 augustus 2025

Kies een vertaling om de volledige lezingen te bekijken

Eerste Lezing

Deuteronomium 31:1-8

Petrus Canisius Vertaling

1Toen Moses zijn rede tot heel Israël had beëindigd,

2vervolgde hij tot hen: Ik ben nu honderd twintig jaar oud; ik heb geen kracht meer, om op te trekken en terug te keren, en Jahweh heeft mij gezegd: "Gij zult de Jordaan

3Maar Jahweh, uw God, zal voor u uit naar de overkant gaan, en deze volken voor u vernietigen, zodat gij ze zult onderwerpen. Josuë zal aan uw spits naar de overkant trekken, zoals Jahweh gezegd heeft,

4en Jahweh zal met hen handelen, zoals Hij met Sichon en Og, de koningen der Amorieten, die Hij heeft verdelgd, en met hun land heeft gedaan.

5Jahweh zal ze aan u overleveren, en gij moet met hen handelen, juist zoals ik het u heb bevolen!

6Weest moedig en dapper, vreest ze niet en weest niet bang! Want Jahweh, uw God, trekt zelf met u mee; Hij zal u zijn hulp niet onthouden, noch u verlaten.

7Toen riep Moses Josuë, en zei hem in tegenwoordigheid van heel Israël: Wees moedig en dapper; want gij zult dit volk het land binnenleiden, dat Jahweh onder ede hun vaderen beloofd heeft hun te geven; en het onder hen verdelen.

8Jahweh zal zelf voor u uitgaan; Hij zal u bijstaan, en u zijn hulp niet onthouden, noch u verlaten. Vrees dus niet en wees niet kleinmoedig!

Bekijk in andere vertalingen →

Psalm

Deuteronomium 32:3-12

Petrus Canisius Vertaling

3Want Jahweh’s naam wil ik verkonden; Geeft eer aan onzen God!

4De Rots is Hij, volmaakt in zijn werken, Want al zijn wegen zijn gerecht; Een God van trouw en zonder bedrog, Rechtvaardig en gerecht is Hij.

7Herinner u de dagen van weleer, Gedenk de jaren van vroegere geslachten; Vraag het uw vader, hij zal het u melden, Uw grijsaards, zij zullen het u zeggen:

8Toen de Allerhoogste aan de volken hun erfdeel gaf, En de kinderen der mensen scheidde, Toen stelde Hij de grenzen der volken vast, Naar het aantal der zonen Gods;

9Maar het deel van Jahweh was zijn volk, Jakob was zijn erfdeel,

12Alleen Jahweh heeft hem geleid, Geen vreemde god stond hem bij!

Bekijk in andere vertalingen →

Evangelie

Mattheüs 18:1-14

Petrus Canisius Vertaling

1Terzelfder tijd kwamen de leerlingen bij Jesus en zeiden: Wie is wel de grootste in het rijk der hemelen?

2Jesus riep een kind naar Zich toe, plaatste het in hun midden.

3en sprak: Voorwaar, Ik zeg u: Zo gij u niet bekeert en als kinderen wordt, zult gij het rijk der hemelen niet binnengaan.

4Wie zich dus vernederen zal als dit kind, zal de grootste zijn in het rijk der hemelen.

5En wie zulk een kind opneemt in mijn naam, neemt Mij op.

10Zorgt er voor, dat gij geen van deze kleine gering acht; want Ik zeg u: Hun engelen in de hemel zien altijd het aanschijn van mijn Vader, die in de hemel is.

12Wat dunkt u? Zo iemand honderd schapen heeft, en een daarvan van is verdwaald, laat

13En zo hij het vindt, voorwaar, Ik zeg u: Hij verheugt zich over dat éne meer, dan over de negen en negentig, die niet zijn verdwaald.

14Zó is het ook de wil van uw Vader, die in de hemel is, dat géén van deze kleinen verloren gaat.

Bekijk in andere vertalingen →

Snelle Acties