Psalmen 137:1-6

Petrus Canisius Vertaling (CANISIUS)

1

Aan Babels stromen zaten wij schreiend Bij de gedachte aan Sion;

2

En aan de wilgen, die daar stonden, Hingen wij onze harpen op.

3

Ja, daar durfden onze rovers Ons nog liederen vragen; En onze beulen: "Zingt ons vrolijke

4

Ach, hoe zouden wij Jahweh’s liederen zingen Op vreemde bodem!

5

Jerusalem, zo ik u zou vergeten, Ik vergat mijn rechterhand nog eer;

6

Mijn tong mag aan mijn gehemelte kleven, Zo ik u niet gedenk: Zo ik niet meer van Jerusalem houd, Dan van het toppunt van vreugde.