Spreuken 16
Alle 2 beschikbare vertalingen
Wel kan de mens bij zichzelf overleggen, Maar van Jahweh komt het antwoord van de mond.
Een mens overlegt in zijn hart, maar het antwoord van de tong komt van Jahwe.
Al denkt de mens, dat al zijn wegen onschuldig zijn, Het is Jahweh, die de harten toetst!
Heel het gedrag van een mens mag in zijn eigen ogen rein zijn, Jahwe toetst de geesten.
Wentel uw zorgen op Jahweh af, Dan komen uw plannen ten uitvoer.
Beveel Jahwe uw werken aan en uw plannen zullen slagen.
Jahweh heeft alles gemaakt met een doel, Zo ook den zondaar voor de dag van het onheil.
Jahwe heeft alles gemaakt voor zijn doel; zelfs de zondaar heeft Hij bestemd voor de dag van het onheil.
Jahweh verafschuwt alle hooghartige mensen; De hand erop: ze ontkomen niet aan hun straf.
Alle hoogmoedigen zijn Jahwe een gruwel. De hand erop: zij blijven niet ongestraft.
Door oprechte liefde wordt de zonde uitgeboet, Uit vrees voor Jahweh leert men het kwaad mijden.
Door liefde en trouw wordt de zonde verzoend; door de vrees voor Jahwe vermijdt men het kwaad.
Als Jahweh behagen heeft in iemands wegen, Maakt Hij zelfs diens vijanden met hem bevriend.
Als Jahwe behagen heeft in iemands gedrag, zal Hij zelfs diens vijanden met hem verzoenen.
Beter weinig met eerlijke middelen, Dan rijke inkomsten door onrecht.
Beter weinig, met gerechtigheid, dan grote inkomsten, met onrecht.
Al kan de mens bij zichzelf overleggen, Het is Jahweh, die zijn schreden richt.
Het hart van een mens overdenkt zijn weg, maar Jahwe richt zijn schreden.
Van ‘s konings lippen komt een orakel, Bij een rechtszaak faalt zijn uitspraak niet.
Gods woord ligt op de lippen van de koning: zijn mond faalt niet wanneer hij vonnist.
Een juiste balans en weegschaal zijn van Jahweh, En iedere gewichtssteen is zijn werk.
De balans en de eerlijke weegschaal komen van Jahwe; de hele bundel weegstenen is zijn werk.
Koningen moeten een afschuw van misdaden hebben; Alleen door rechtvaardigheid staat een troon sterk.
Het bedrijven van kwaad is de koningen een gruwel, want een troon wordt bevestigd door gerechtigheid.
Een koning heeft welbehagen in eerlijke taal, En houdt van iemand, die waarheid spreekt.
Een koning vindt zijn welgevallen in oprechte taal en hem die rechtschapen spreekt heeft hij lief.
De toorn eens konings is de bode van de dood; Een wijs man weet hem te ontwapenen.
De toorn van een koning is een boodschapper van de dood, maar een wijs man brengt hem tot bedaren.
Een vriendelijk gezicht van den koning betekent leven, Zijn welgevallen is als een wolk vol lenteregen.
In het stralend gelaat van de koning ligt het leven; zijn gunst is als een wolk die lenteregen brengt.
Wijsheid verwerven is beter dan goud, Ervaring krijgen verkieslijker dan zilver.
Wijsheid verwerven: hoeveel beter is dat dan goud! Inzicht verwerven: het is te verkiezen boven zilver!
Het pad der deugdzamen weet het kwaad te vermijden; Wie op zijn weg let, beschermt zichzelf.
Wie het pad van de rechtschapenen betreedt, ontkomt aan het kwaad en wie acht geeft op zijn weg, beschermt zichzelf.
Hoogmoed komt vóór de val, Hooghartigheid, voordat men struikelt.
De hovaardij gaat vooraf aan de rampspoed, de hoogmoed aan de val.
Beter deemoedig te zijn met armen, Dan met hovaardigen buit te delen.
Men kan beter deemoedig zijn met de geringen dan met de hoogmoedigen de buit te verdelen.
Wie op zijn woorden let, heeft het goed; Gelukkig hij, die op Jahweh vertrouwt!
Wie acht geeft op het woord, vindt het geluk, en zalig hij die op Jahwe vertrouwt.
Een wijze geest wordt verstandig genoemd, Maar met goede woorden bereikt men nog meer.
Wie wijs is van hart, wordt verstandig genoemd en aangename taal geeft kracht aan het betoog.
Inzicht is een levensbron voor wie het bezit, Dwazen worden met dwaasheid bestraft.
Het verstand is een levensbron voor wie het bezitten, maar de dwazen worden gestraft door hun dwaasheid.
Een wijze geest spreekt verstandige taal, Hij maakt, dat zijn woorden overtuigen.
Het hart van een wijze maakt zijn mond verstandig en geeft kracht aan het betoog van zijn lippen.
Vriendelijke woorden zijn een honingraat, Zoet voor de ziel en verkwikkend voor het gebeente.
Aangename woorden zijn raten vol honing, zoet voor de ziel en gezond voor het gebeente.
Soms houdt men een weg voor de rechte, Die tenslotte uitloopt op de dood.
Soms denkt een mens, dat zijn weg recht is, maar tenslotte leidt die toch naar de dood.
De honger zet den arbeider aan tot werken; Zijn mond dwingt hem ertoe.
De honger van de werkman werkt voor hem, want zijn mond laat hem geen rust.
Een man, die niet deugt, is een oven van boosheid; Op zijn lippen brandt als het ware een vuur.
Een booswicht delft boosheid op en op zijn lippen ligt als het ware een verzengend vuur.
Een wispelturig mens stuurt op ruzie aan, Een lastertong brengt onenigheid tussen vrienden.
Een man met slinkse streken brengt ruzie teweeg en een lasteraar stoot zijn vriend van zich af.
Een booswicht tracht zijn naaste te verleiden, En hem te brengen op een weg, die niet deugt.
Een onverlaat troont zijn naaste mee en brengt hem op de weg van de misdaad.
Wie zijn ogen toeknijpt, is iets vals van plan; Wie zijn lippen opeenperst, heeft het kwaad al gedaan.
Wie zijn oog toeknijpt, beraamt slinkse streken; wie zijn lippen samenperst, heeft het kwaad al gereed.
Het grijze haar is een heerlijke kroon, Die op het pad der deugd wordt verkregen.
Grijze haren zijn een heerlijke kroon: op de weg van de gerechtigheid is die kroon te vinden.
Een lankmoedig man is meer waard dan een krachtmens; Wie zichzelf beheerst, staat hoger, dan wie een stad bedwingt.
Een lankmoedig man is meer dan een groot strijder en wie zichzelf bedwingt is meer dan wie een stad verovert.
Wel wordt het lot in de schoot geworpen Maar wat het uitwijst, komt van Jahweh.
In de plooi van het kleed wordt het lot geschud, maar wat het ook beslist, het komt van Jahwe.