Psalmen 60
Alle 2 beschikbare vertalingen
Voor muziekbegeleiding; op de wijze: "De lelie der wet." Een punt- en leerdicht van
Voor de koorleider. Op de wijze van' Lelie der getuigenis'. Een lied van bewaring. Van David. Tot lering.
Gij hebt het land laten kraken en scheuren; Het stortte ineen, en ligt nu in puin.
Toen hij in oorlog was met de Arameeërs van het Tweestromenland en de Arameeërs van Soba, en Joab op de terugweg de Edomieten versloeg in het Zoutdal: twaalfduizend man.
Gij hebt uw volk harde dingen doen slikken, En ons een koppige wijn laten drinken!
God, Gij hebt ons verworpen, verstrooid, vol gramschap. Wend eindelijk ons lot!
Maar voor uw vromen hadt Gij een banier opgericht, Om zich daar omheen te verzamelen tegen de boog;
Gij die schokte dit land, die het spleet, heel zijn verscheurdheid: het ontvalt ons.
En om uw geliefden te redden, Strek uw rechterhand uit, en verhoor ons.
Wat Ge uw volk deed aanschouwen was hard, drinken moest het een wijn om te duizelen.
Bij zijn heiligheid heeft God beloofd: Juichend zal ik Sikem verdelen, En het dal van Soekkot meten;
Doch Gij gaaft die U vrezen een banier om te heffen bij dreigende aanval.
Mij behoort Gilad, van mij is Manasse. Efraïm is de helm van mijn hoofd, Juda mijn schepter,
Opdat thans uw verkorenen bevrijd zijn breng de zege met machtige hand: o, verhoor ons!
Moab is mijn voetenbekken; Op Edom werp ik mijn schoeisel, Over Filistea hef ik mijn zegekreet aan.
En God in zijn heiligdom sprak het. - Juichend zal Ik Sichem verdelen, van Sukkot het rivierdal verkavelen;
Maar wie brengt mij nu binnen de vesting, Wie zal mij naar Edom geleiden:
van Mij Gilead, van Mij Manasse, Efraim is mijn hoofd tot een helm, Juda's heersersstaf is de mijne.
Moet Gij het niet zijn, die ons hebt verstoten, o God, En niet langer met onze heirscharen optrekt, o God?
Moab moest mijn wasbekken wezen, op Edom werp Ik mijn sandaal, mijn triomfkreet treft Filistea.
Ach, help ons dan tegen den vijand, Want hulp van mensen is ijdel;
Wie brengt mij in die stad zo onneembaar? wie gaat mij voor tot in Edom?
Maar met God zijn wij sterk, Hij zal onze verdrukkers vertrappen!
Ja, Gij God, die ons hiertoe bestemd hebt: gaat Gij niet aan de spits onzer scharen?
Niet beschikbaar in deze vertaling
Geeft ons hulp tegen wie ons te na komt: uitredding door mensen - een drogbeeld!
Niet beschikbaar in deze vertaling
Met God weten wij ons te weren. Hij is het die onze belagers de voet zal zetten op de nek.