Psalmen 26

Alle 2 beschikbare vertalingen

1
CANISIUS

Van David. Wees mijn Rechter, o Jahweh! Want mijn wandel is rein; Altijd heb ik op Jahweh vertrouwd, Nooit gewankeld!

WILLIBRORD

Van David. Heer, doe mij recht wedervaren. Ik heb toch in onschuld gewandeld, ik heb toch vertrouwd op de Heer: er leefde geen twijfel in mij.

2
CANISIUS

Beproef mij, en toets mij, o Jahweh; Doorgrond mijn nieren en hart.

WILLIBRORD

Toets mij dan, Heer, onderzoek mij, doorgrond mijn geweten, mijn hart;

3
CANISIUS

Want uw liefde houd ik voor ogen, En in uw waarheid heb ik geleefd;

WILLIBRORD

uw goedheid vervult mijn gedachten, in uw waarheid ga ik mijn weg.

4
CANISIUS

Ik heb geen gemeenschap met veinzers, Met gluipers ga ik niet om;

WILLIBRORD

Ik mijd het bij gluipers te zitten, met huichelaars ga ik niet om;

5
CANISIUS

Ik haat het gezelschap der bozen, En met slechtaards zit ik niet aan.

WILLIBRORD

min gezelschap vervult mij met afkeer, waar het kwaad heerst houd ik mij niet op.

6
CANISIUS

Maar ik was mijn handen in onschuld, En sta rond uw altaar,

WILLIBRORD

In onschuld was ik mijn handen, maak de ommegang om uw altaar,

7
CANISIUS

O Jahweh, om U een loflied te zingen, En al uw wonderen te melden.

WILLIBRORD

dat mijn stem zich verheft in het danklied, ik de reeks uwer wonderen noem.

8
CANISIUS

Jahweh, ik bemin het huis, waar Gij toeft, De woonplaats van uw heerlijkheid.

WILLIBRORD

Heer, hoe is mij uw woonstede lief, de plaats waar uw heerlijkheid zetelt;

9
CANISIUS

Werp mij niet weg met de zondaars, Mijn leven niet met moordenaars,

WILLIBRORD

werp mijn leven niet weg of ik slecht was, mijn bestaan of ik hoorde bij moordenaars,

10
CANISIUS

Aan wier handen misdaad kleeft, Wier rechterhand is omgekocht.

WILLIBRORD

wier handen kleven van sluwheid, wier rechterhand zich om kwaad geld sluit.

11
CANISIUS

Neen, ik wandel in onschuld; Red mij dus, Jahweh, en wees mij genadig!

WILLIBRORD

Ik zoek toch te wandelen in onschuld, verlos mij en wees mij genadig:

12
CANISIUS

Mijn voet staat in de gerechtigheid vast; Ik zal U loven, o Jahweh, in de volle gemeente!

WILLIBRORD

mijn voet staat op een weg die niet krom buigt. Laat mij U zo mogen loven in de samenkomsten, o Heer.