Psalmen 12
Willibrord Vertaling (WILLIBRORD)
Voor de koorleider. Op de achtste wijze. Een psalm van David.
Red ons, Heer: de vromen verdwijnen, trouw wordt schaars bij het mensengeslacht;
onoprecht spreekt de mens tot zijn naaste, sluw van lippen, dubbel van hart.
Maar de Heer slaat die listige lippen, slaat de taal der aanmatiging stom,
als het heet: 'onze tong is ons wapen; "mond met ons!" 'Wie stelt ons de wet?'
'Om geweld aan de nederigen is het, het is om het klagen der armen dat Ik thans Mij verhef spreekt de Heer, 'wie bedreigd wordt stel Ik in het heil.'
Taal des Heren, stralende taal, als zilver, puur uit de smeltkroes, gezuiverd tot zevenmaal toe.
En Gij handelt, Heer, naar uw woord; tegen dit verworden geslacht blijft eeuwig Gij onze beschermer:
al gaan alom de bozen hun wegen, al neemt bij de kinderen van Adam de laagheid de ereplaats in.