Psalmen 100

Alle 2 beschikbare vertalingen

1
CANISIUS

Een psalm bij het dankoffer. Juicht Jahweh ter eer, heel de aarde,

WILLIBRORD

Een psalm bij het lofoffer. Juicht voor de Heer, aarde alom!

2
CANISIUS

Dient Jahweh met vreugde, Treedt jubelend voor zijn aangezicht.

WILLIBRORD

dient de Heer met verblijden, komt voor zijn aanschijn met jubel.

3
CANISIUS

Erkent het: Jahweh is God; Hij heeft ons gemaakt, Hem behoren wij toe, Als zijn volk en de kudde zijner weide.

WILLIBRORD

Beseft het: de Heer is God; Hij schiep ons, wij horen aan Hem, zijn volk - Hij weidt het als schapen.

4
CANISIUS

Treedt zijn poorten met dankzegging binnen, Zijn voorhoven met jubelzang, Brengt Hem glorie, en zegent zijn Naam.

WILLIBRORD

Treedt zijn poorten in met een danklied, gaat met lofzang zijn voorhoven binnen, looft Hem, zegent zijn naam.

5
CANISIUS

Want Jahweh is goed, Zijn genade duurt eeuwig, Zijn trouw van geslacht tot geslacht!

WILLIBRORD

Overvloed geeft Hij, de Heer: tot in eeuwigheid is zijn genade, van geslacht tot geslacht is zijn trouw.