Job 42

Alle 2 beschikbare vertalingen

1
CANISIUS

En Job antwoordde Jahweh, en sprak:

WILLIBRORD

'Nu sprak Job tot Jahwe: '

2
CANISIUS

Ik weet, dat Gij alles vermoogt, En geen uwer plannen wordt verijdeld.

WILLIBRORD

Inderdaad, Gij kunt alles, voor U is niets onuitvoerbaar.

3
CANISIUS

Ja, wie zou de Voorzienigheid duister maken Door woorden zonder verstand? Ik heb dus

WILLIBRORD

Hoe durft onze kortzichtigheid uw plan te verdoezelen? En ik maar spreken zonder iets te weten over wondere dingen die ik niet begreep,

4
CANISIUS

Ach, luister toch, als ik spreek; En leer mij, als ik U vragen stel!

WILLIBRORD

en dan nog in de trant van: luister, ik zal spreken, ik stel vragen, probeer eens te antwoorden.

5
CANISIUS

Door horen zeggen heb ik van U vernomen, Maar thans heeft mijn eigen oog U aanschouwd:

WILLIBRORD

Alleen van horen zeggen kende ik U, nu heb ik U gezien met eigen ogen.

6
CANISIUS

Daarom herroep ik, wat ik gezegd heb, En doe ik boete in stof en as!

WILLIBRORD

Alles herroep ik, over alles heb ik spijt, neergezeten in stof en as.

7
CANISIUS

Toen Jahweh tot Job dit betoog had gehouden, sprak Hij tot Elifaz van Teman: Mijn gramschap is tegen u en uw beide vrienden ontstoken, omdat gij over Mij de waarheid niet hebt gezegd, evenals mijn dienaar Job.

WILLIBRORD

Na zijn woorden tot Job richtte Jahwe zich tot Elifaz uit Teman: 'Zeer ontstemd ben Ik over u en uw beide vrienden, want gij hebt van Mij niet zo'n zuiver beeld gegeven als mijn dienaar Job.

8
CANISIUS

Neemt daarom zeven stieren en zeven rammen, en gaat ermee naar mijn dienaar Job; draagt ze voor u als een brandoffer op, en laat mijn dienaar Job voor u bidden. Dan zal Ik terwille van hem u niet straffen voor de dwaasheid, dat gij over Mij de waarheid niet hebt gezegd, evenals mijn dienaar Job.

WILLIBRORD

Haal daarom zeven jonge stieren en zeven rammen, ga daarmee naar mijn dienaar Job, draag een brandoffer op voor uzelf, en mijn dienaar Job zal voor u bidden. Wellicht ben Ik hem terwille; dan zal Ik u niet straffen voor uw dwaasheid, ofschoon gij van Mij niet zo'n zuiver beeld hebt gegeven als mijn dienaar Job.'

9
CANISIUS

Elifaz van Teman, Bildad van Sjóeach en Sofar van Naäma gingen dus heen, en deden wat Jahweh hun bevolen had. En Jahweh was Job terwille.

WILLIBRORD

Elifaz uit Teman, Bildad uit Suach en Sofar uit Naama gingen naar Job en deden wat Jahwe hun gezegd had; en Jahwe was Job terwille.

10
CANISIUS

Nadat Job dus voor zijn vrienden gebeden had, herstelde hem Jahweh niet alleen in zijn vroegere staat, maar schonk hem het dubbele van wat hij vroeger bezat.

WILLIBRORD

En aan Job gaf Jahwe al zijn bezittingen weer terug, omdat hij gebeden had voor zijn vrienden. Zelfs het dubbele van zijn vroeger bezit schonk Hij hem.

11
CANISIUS

Nu kwamen al zijn broers en zusters, en al zijn vroegere kennissen naar hem toe, en hielden maaltijd met hem in zijn huis; zij beklaagden hem en troostten hem over al het leed, dat Jahweh over hem had gebracht, en gaven hem allen een gouden munt en een gouden ring ten geschenke.

WILLIBRORD

Toen kwamen zijn broers en zusters en al zijn vroegere kennissen weer bij hem thuis eten; zij betuigden hem hun medeleven en hielpen hem al de rampen te boven te komen die Jahwe hem overgezonden had; ze gaven hem ieder een hoeveelheid geld en een gouden ring.

12
CANISIUS

En Jahweh zegende het verder leven van Job nog meer dan het vroegere: hij kreeg veertienduizend schapen en zesduizend kamelen, duizend koppel runderen en duizend ezelinnen.

WILLIBRORD

En Jahwe zegende het latere leven van Job nog meer dan het vroegere; hij had in bezit veertienduizend schapen en geiten, zesduizend kamelen, duizend span runderen en duizend ezelinnen.

13
CANISIUS

Ook kreeg hij twee maal zeven zonen en drie dochters;

WILLIBRORD

Zeven zonen kreeg hij nog en drie dochters.

14
CANISIUS

de eerste noemde hij Jemima, de tweede Kesia en de derde Kéren-Happoek.

WILLIBRORD

De eerste noemde hij Tortel, de tweede Kaneelbloesem, de derde Poederdoos.

15
CANISIUS

In heel het land werden geen vrouwen gevonden, zo schoon als de dochters van Job; haar vader gaf haar een erfdeel evenals aan haar broers

WILLIBRORD

Onder de vrouwen in het hele land waren de dochters van Job de mooiste. Van hun vader kregen zij, net als hun broers, grond in bezit.

16
CANISIUS

Daarna leefde Job nog honderd veertig jaar, en mocht niet alleen zijn kinderen aanschouwen, maar ook zijn kleinkinderen tot in het vierde geslacht.

WILLIBRORD

Daarna leefde Job nog honderdveertig jaar; hij zag zijn kinderen en kleinkinderen tot in het vierde geslacht.

17
CANISIUS

En Job stierf oud en hoogbejaard.

WILLIBRORD

Toen stierf Job oud en hoogbejaard.