Job 25
Alle 2 beschikbare vertalingen
Nu nam Bildad van Sjóeach het woord, en sprak:
Weer nam Bildad uit Suach het woord:
Hem is de macht en de schrik, Hem, die vrede gebiedt in zijn hoge hemel!
God heerst met macht en majesteit, zelfs de hemelen dwingt Hij tot een vredesverdrag;
Zijn soms zijn legioenen te tellen, Tegen wien staan zijn troepen niet op!
ontelbaar zijn zijn troepen; tegen zijn glans is niemand bestand.
Hoe kan dan een mens tegen God in zijn recht zijn, Of rein, die uit een vrouw is geboren?
Hoe kan een mens dan rechtvaardig zijn tegenover God, rein zijn het kind van een vrouw?
Zie, zelfs de maan is niet helder, De sterren zijn niet rein in zijn ogen:
Als zelfs de maan niet glanst en de sterren niet schitteren in zijn ogen,
Hoeveel minder een mens, een aas, Een mensenkind, een worm!
wat moet dan een mens, een mensenkind, die nietige aardworm?