Genesis 11

Alle 2 beschikbare vertalingen

1
CANISIUS

Nog sprak heel de aarde eenzelfde taal en dezelfde woorden.

WILLIBRORD

Alle mensen op aarde spraken eenzelfde taal en gebruikten dezelfde woorden.

2
CANISIUS

Toen men uit het oosten was opgetrokken, en een vlakte in het land Sjinar had gevonden, bleef men daar wonen.

WILLIBRORD

Nadat ze uit het oosten weggetrokken waren, vonden ze een vlakte in Sinear en vestigden zich daar.

3
CANISIUS

Nu zeiden ze tot elkander: Komt, laten we stenen maken, en ze hard bakken in vuur. Die tichels moesten hun tot bouwsteen dienen, de asfalt tot mortel.

WILLIBRORD

Zij zeiden tot elkaar: `Kom, laten wij tegels maken en ze harden in het vuur.' De tegels gebruikten zij als bouwstenen, met asfalt als mortel.

4
CANISIUS

Later zeiden ze weer: Komt, laten we ons een stad bouwen met een toren, waarvan de spits tot in de hemel reikt; dan maken we ons een herkenningsteken, zodat we niet over heel de aarde worden verstrooid.

WILLIBRORD

Nu zeiden ze: `Laten wij een stad bouwen met een toren, waarvan de spits tot in de hemel reikt; dan krijgen wij naam en worden wij niet over de aardbodem verspreid.'

5
CANISIUS

Maar Jahweh daalde neer, om de stad en de toren eens te bezien, die de mensenkinderen bouwden.

WILLIBRORD

Toen Jahwe neerdaalde om de stad en de toren die de mensen bouwden in ogenschouw te nemen,

6
CANISIUS

Want Jahweh sprak: Zie, zij vormen één volk en spreken één taal. En dit is nog maar het begin van hun doen; later zal men niets meer kunnen beletten van al wat zij van plan zijn.

WILLIBRORD

zei Hij: `Nu zijn ze een volk en spreken zij allen dezelfde taal. Wat zij nu doen is nog maar een begin; later zal geen enkel van hun plannen meer te stuiten zijn.

7
CANISIUS

Kom, laat ons afdalen, en daar beneden hun spraak in verwarring brengen, zodat zij elkanders taal niet meer verstaan.

WILLIBRORD

Laten Wij neerdalen en verwarring brengen in hun taal, zodat de een niet meer verstaat wat de ander zegt.'

8
CANISIUS

Zo verstrooide Jahweh hen over de hele aarde, en staakten zij de bouw der stad.

WILLIBRORD

En Jahwe dreef hen vandaar naar alle kanten de hele aardbodem over, en er kwam een einde aan de bouw van de stad.

9
CANISIUS

Daarom noemt men haar Babel, omdat Jahweh daar de spraak van de hele aarde in verwarring heeft gebracht, en omdat Jahweh hen vandaar over de hele aarde heeft verstrooid.

WILLIBRORD

Daarom noemt men die stad Babel, want Jahwe heeft daar verwarring gebracht in de taal van alle mensen en hen vandaar over de hele aardbodem verspreid.

10
CANISIUS

Dit is de geslachtslijst van Sem. Sem was honderd jaar oud, toen hij Arpaksad verwekte, twee jaar na de zondvloed.

WILLIBRORD

Dit zijn de nakomelingen van Sem. Toen Sem honderd jaar was, verwekte hij Arpaksad, twee jaar na de vloed.

11
CANISIUS

En Sem leefde, nadat hij Arpaksad verwekt had, nog vijfhonderd jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Sem leefde na de geboorte van Arpaksad nog vijfhonderdvijfendertig jaar en hij kreeg zonen en dochters.

12
CANISIUS

Arpaksad was vijf en dertig jaar oud, toen hij Sála verwekte.

WILLIBRORD

Arpaksad was vijfendertig jaar toen hij Selach verwekte.

13
CANISIUS

Arpaksad leefde, nadat hij Sála verwekt had, nog vierhonderd drie jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Arpaksad leefde na de geboorte van Selach nog vierhonderddrie jaar en hij kreeg zonen en dochters.

14
CANISIUS

Sála was dertig jaar oud, toen hij Eber verwekte.

WILLIBRORD

Toen Selach dertig jaar was, verwekte hij Eber.

15
CANISIUS

En Sála leefde, nadat hij Eber verwekt had, nog vierhonderd drie jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Selach leefde na de geboorte van Eber nog vierhonderddrie jaar en hij kreeg zonen en dochters.

16
CANISIUS

Eber was vier en dertig jaar oud, toen hij Páleg verwekte.

WILLIBRORD

Toen Eber vierendertig jaar was, verwekte hij Peleg.

17
CANISIUS

Eber leefde, nadat hij Páleg verwekt had, nog vierhonderd dertig jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Eber leefde na de geboorte van Peleg nog vierhonderddertig jaar en hij kreeg zonen en dochters.

18
CANISIUS

Páleg was dertig jaar, toen hij Ragaoe verwekte.

WILLIBRORD

Toen Peleg dertig jaar was, verwekte hij Reu.

19
CANISIUS

En Páleg leefde, nadat hij Ragaoe verwekt had, nog tweehonderd negen jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Peleg leefde na de geboorte van Reu nog tweehonderdnegen jaar en hij kreeg zonen en dochters.

20
CANISIUS

Ragaoe was twee en dertig jaar oud, toen hij Seroeg verwekte.

WILLIBRORD

Toen Reu tweeëndertig jaar was, verwekte hij Serug.

21
CANISIUS

En Ragaoe leefde, nadat hij Seroeg verwekt had, nog tweehonderd zeven jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Reu leefde na de geboorte van Serug nog tweehonderdzeven jaar en hij kreeg zonen en dochters.

22
CANISIUS

Seroeg was dertig jaar oud, toen hij Nachor verwekte.

WILLIBRORD

Toen Serug dertig jaar was, verwekte hij Nachor.

23
CANISIUS

En Seroeg leefde, nadat hij Nachor verwekt had, nog tweehonderd jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Serug leefde na de geboorte van Nachor nog tweehonderd jaar en hij kreeg zonen en dochters.

24
CANISIUS

Nachor was negen en twintig jaar oud, toen hij Tara verwekte.

WILLIBRORD

Toen Nachor negenentwintig jaar was, verwekte hij Terach.

25
CANISIUS

En Nachor leefde, nadat hij Tara verwekt had, nog honderd negentien jaar, en verwekte zonen en dochters.

WILLIBRORD

Nachor leefde na de geboorte van Terach nog honderdnegentien jaar en kreeg zonen en dochters.

26
CANISIUS

Tara was zeventig jaar oud, toen hij Abram, Nachor en Haran verwekte.

WILLIBRORD

Toen Terach zeventig jaar was, verwekte hij Abram, Nachor en Haran.

27
CANISIUS

En dit is de geslachtslijst van Tara. Tara verwekte Abram, Nachor en Haran. Haran verwekte Lot.

WILLIBRORD

Dit zijn de nakomelingen van Terach. Terach verwekte Abram, Nachor en Haran. Haran verwekte Lot.

28
CANISIUS

Haran stierf nog bij het leven van Tara, zijn vader, in zijn geboorteland, in Oer der Chaldeën.

WILLIBRORD

Haran stierf nog bij het leven van zijn vader Terach in zijn geboorteland, te Ur in Chaldea.

29
CANISIUS

Abram en Nachor waren beiden getrouwd. De vrouw van Abram heette Sarai; de vrouw van Nachor heette Milka, en was de dochter van Haran, den vader van Milka en Jiska.

WILLIBRORD

Abram en Nachor huwden beiden een vrouw. De vrouw van Abram heette Sarai en de vrouw van Nachor heette Milka; zij was de dochter van Haran, de vader van Milka en Jiska.

30
CANISIUS

Sarai was onvruchtbaar en had geen kinderen.

WILLIBRORD

Sarai was onvruchtbaar en had geen kinderen.

31
CANISIUS

Tara nam zijn zoon Abram en zijn kleinzoon Lot, den zoon van Haran, en zijn schoondochter Sarai, de vrouw van zijn zoon Abram, met zich mee, en voerde ze weg uit Oer der Chaldeën, om naar het land Kanaän te trekken. Maar eenmaal in Charan gekomen, bleven zij daar wonen.

WILLIBRORD

Terach nam zijn zoon Abram en zijn kleinzoon Lot, de zoon van Haran, en zijn schoondochter Sarai, de vrouw van zijn zoon Abram, met zich mee, weg uit Ur in Chaldea, en ging op weg naar Kanaän. Toen zij echter in Haran aangekomen waren, bleven zij daar.

32
CANISIUS

Tara werd tweehonderd vijf jaar oud, en stierf in Charan.

WILLIBRORD

Heel de levensduur van Terach bedroeg tweehonderdvijfjaar. Toen stierf Terach in Haran.

53
CANISIUS

Niet beschikbaar in deze vertaling

WILLIBRORD

Niet beschikbaar in deze vertaling