2 Petrus 3

Alle 2 beschikbare vertalingen

1
CANISIUS

Geliefden, dit is reeds de tweede brief, die ik u schrijf. In beide trachtte ik, door het opfrissen van het geheugen, uw goede gezindheid levendig te houden,

WILLIBRORD

Vrienden, dit is reeds de tweede brief die ik u schrijf. In mijn brieven probeer ik bij u een zuivere gezindheid levendig te houden

2
CANISIUS

opdat gij de voorspelling der heilige profeten indachtig zoudt blijven, alsook het gebod van den Heer en Verlosser, door uw apostelen verkondigd.

WILLIBRORD

door u te herinneren aan de voorspellingen van de heilige profeten en aan het gebod van onze Heer en Heiland, dat u door uw apostelen is overgeleverd.

3
CANISIUS

Vóór alles moet gij er aan denken, dat op het einde der tijden spotters met bijtende spot zullen komen, die naar hun eigen lusten leven, en zeggen:

WILLIBRORD

Gij moet vooral weten dat er in de laatste dagen spotters zullen komen, mensen die leven volgens hun eigen begeerten,

4
CANISIUS

"Waar blijft nu de belofte van zijn Komst? Want sinds de Vaders zijn ontslapen, blijft

WILLIBRORD

en die honend vragen: “Waar blijft nu de wederkomst die Hij heeft toegezegd? Onze vaderen zijn al gestorven, maar alles blijft zoals het van het begin der schepping geweest is.”

5
CANISIUS

Het ontgaat hun immers met opzet, dat door Gods woord de hemelen van oudsher bestonden, en de aarde uit water en door water ontstond;

WILLIBRORD

Zij gaan met opzet voorbij aan het feit dat er lang geleden een hemel en een aarde bestonden, door Gods woord gevormd uit water en door middel van water,

6
CANISIUS

en dat de toenmalige wereld door beide wateren werd overstroomd en verging.

WILLIBRORD

en dat die toenmalige wereld vergaan is, verzwolgen door het water.

7
CANISIUS

Welnu, door hetzelfde woord van God zijn de huidige hemel en aarde zorgvuldig behouden, en bewaard voor het vuur tegen de Dag van het Oordeel en van de ondergang der goddeloze mensen.

WILLIBRORD

Maar de hemel en de aarde van nu zijn door hetzelfde woord opgespaard voor het vuur en bewaard voor de dag van het oordeel en de ondergang der goddelozen.

8
CANISIUS

Geliefden, dit éne mag u niet ontgaan: Voor den Heer is één dag als duizend jaren, en duizend jaren als één dag.

WILLIBRORD

Een ding echter, vrienden, mag u niet ontgaan: Voor de Heer is een dag als duizend jaren en duizend jaren als een dag.

9
CANISIUS

Niet traag is de Heer met zijn belofte, zoals sommigen dat traagheid noemen; maar lankmoedig is Hij voor u, daar Hij niet wil, dat sommigen verloren gaan, maar dat allen zich zullen bekeren.

WILLIBRORD

De Heer talmt niet met zijn belofte, zoals sommigen menen, maar Hij heeft geduld met u, daar Hij wil dat allen tot inkeer komen en niemand verloren gaat.

10
CANISIUS

Maar komen zal de Dag des Heren als een dief; en dan zullen de hemelen vergaan met donderend geweld, de elementen zullen verbranden en smelten, zo ook de aarde met al wat er op is gemaakt.

WILLIBRORD

Maar de dag des Heren zal komen als een dief. Dan zullen de hemelen dreunend vergaan en de elementen door vuur worden verteerd; en de aarde en de daden op aarde verricht zullen zich bevinden (voor Gods oordeel).

11
CANISIUS

En wanneer zó dit alles ineen stort, hoe moet gij dan wel uitmunten in heilige wandel en vroomheid,

WILLIBRORD

Wanneer alles zo vergaat, hoe moet gij dan uitmunten door een heilig leven en innige vroomheid,

12
CANISIUS

en reikhalzend uitzien naar de komst van de Dag van God! Terwille van hem zullen de hemelen ineen zinken door vuur, de elementen verbranden en smelten,

WILLIBRORD

de komst verwachtend en verhaastend van de dag Gods, waardoor de hemelen in vlammen zullen opgaan en de elementen wegsmelten in de vuurgloed.

13
CANISIUS

en verwachten we uit kracht zijner belofte een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waarin de gerechtigheid woont.

WILLIBRORD

Maar volgens zijn belofte verwachten wij nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid zal wonen.

14
CANISIUS

Daarom geliefden, nu gij dit alles verwacht, moet gij uw best doen, om smetteloos en onbevlekt te worden bevonden, in vrede met Hem.

WILLIBRORD

In deze verwachting, geliefden, moet gij u beijveren onbevlekt en onberispelijk voor Hem te verschijnen, in vrede met God.

15
CANISIUS

Weet ook de lankmoedigheid van onzen Heer als een heil te waarderen, zoals onze geliefde broeder Paulus, naar de hem geschonken wijsheid, aan u heeft geschreven,

WILLIBRORD

En beschouwt het uitstel dat de Heer u in zijn lankmoedigheid gunt, als een genade ten heil. In deze geest heeft ook onze geliefde broeder Paulus u geschreven met de hem verleende wijsheid,

16
CANISIUS

en zoals hij dit ook in al de andere brieven leert, wanneer hij over deze dingen spreekt. Er komen daarin sommige duistere plaatsen voor, die onontwikkelde en onstandvastige mensen verdraaien tot hun eigen verderf, zoals ze dat ook met al de andere Schriften doen.

WILLIBRORD

evenals in alle brieven, wanneer hij over deze dingen spreekt. Daarin komt het een en ander voor dat moeilijk is, en waarvan de betekenis door onwetende en onstandvastige lieden tot hun eigen verderf wordt verdraaid; hetzelfde doen zij trouwens met de overige geschriften.

17
CANISIUS

Gij dan, geliefden, nu gij het te voren weet, weest op uw hoede, opdat gij niet door de dwaling der goddelozen wordt meegesleept en uw eigen vastheid verliest.

WILLIBRORD

Vrienden, gij zijt dus gewaarschuwd. Past op dat gij u niet laat meeslepen op de dwaalwegen van die goddelozen; geeft uw standpunt niet prijs.

18
CANISIUS

Neemt liever toe in genade en kennis van Jesus Christus onzen Heer en Verlosser. Hem zij de glorie nu en tot de Dag der Eeuwigheid.

WILLIBRORD

Neemt toe in de genade en de kennis van onze Heer en Heiland Jezus Christus. Hem zij de eer, nu en in eeuwigheid!